Je bekijkt nu Het vierde trimester

Het vierde trimester

De eerste maanden na de bevalling kunnen pittig zijn. Zeker na de geboorte van een eerste kindje is het vaak uitvinden wie je zelf als ouder bent, maar ook hoe je kindje ‘werkt’. Je loopt tegen allerlei dingen aan waarbij je uit moet vinden wat daarin voor jezelf en voor je kindje het beste werkt. En dat valt niet altijd mee. Van ouders die ik begeleid hoor ik ook geregeld terug dat die eerste maanden pittig zijn, vooral omdat je kindje nog zo afhankelijk van je is.

Dat is ook de reden waarom de term ‘vierde trimester’ ontstaan is. Zoals je waarschijnlijk wel weet bestaat de zwangerschap uit 3 trimesters en aan het eind van het 3e trimester wordt je kindje geboren. Nu is het zo dat op het moment dat baby’s geboren worden, zij voor bijna alles afhankelijk zijn van hun omgeving. Het is een grote overgang van die veilige knusse baarmoeder naar de koude grote buitenwereld. Die overgang is voor baby’s vaak ingewikkeld en zij hebben dan ook hun ouders nodig om hieraan te wennen.

De eerste 3 maanden na de bevalling, ook wel het vierde trimester genoemd, kunnen voor zowel moeder als kind pittig zijn.

Eigenlijk zijn dus die eerste 3 maanden na de bevalling (het vierde trimester), de tijd die je kindje nodig heeft om te wennen aan de buitenwereld. En gun je kindje ook die 3 maanden om daaraan gewend te raken. Geregeld voelen moeders zich echter in de eerste 3 maanden na de bevalling wanhopig, angstig, somber en verward. Dit maakt het daarom niet makkelijk om dan je kind ook nog de ruimte te geven om te huilen, slecht te slapen en je nodig te hebben. Het is daarom zoeken naar een balans. Een balans waarin angstige, sombere en wanhopige gevoelens afgewisseld worden met plezier met je kind, van dat hij in je armen in slaap valt, van dat hij met de dag ineens kan veranderen, van dat hij opeens een lachstuipje heeft, etc.

Door je mentaal op deze periode voor te bereiden, kan het makkelijker worden om deze periode door te komen. Want als je er vanuit gaat dat je weinig kan doen omdat je kindje nodig heeft en vast gehouden wil worden, dan kan het misschien alleen meer mee vallen.

Een andere manier om hiermee om te gaan, is te begrijpen wat er bij je kindje gebeurd. Je kindje weet zelf ook niet wat hem of haar overkomt en voelt het liefst papa of mama zodat die voor geruststelling kunnen zorgen. Kijk of je die nabijheid kunt bieden. Dat kan door je kindje veel te dragen (in een draagdoek of draagzak bijvoorbeeld), maar soms ook door op je te liggen en echt even huid op huid contact te maken. Dit contact maken kan ook op andere manier. Baby’s genieten ervan om je stem te horen. Door te zingen, tegen je baby te praten of bijvoorbeeld te sussen kan je ook contact maken met je kindje en zorg je er ook voor dat je kindje weet dat je dichtbij bent.

Zoek naar contact momentjes en verwonder je ook over wat je kindje laat zien en hoe hij of zij je al kan volgen

En als je het ondanks voorbereiding en snappen dat het naar is voor je kindje, je toch overweldigd voelt en niet meer weet wat te doen, praat er dan ook met anderen over. Je bent hierin niet alleen en veel moeders ervaren deze gevoelens in de eerste periode na de bevalling. Zoek steun bij je omgeving, vraag ook praktische hulp zodat je soms een beetje bij kan slapen. Doe datgene wat je nodig hebt en stel alle dingen die minder prioriteit hebben uit of vraag of iemand anders je er misschien bij kan helpen.  

Roept het vragen op of wil je weten of ik iets voor je kan betekenen? Neem dan gerust contact met me op.